Social media: vriend of vijand (van het onderwijs)?(auteur: @heleeno)
Wat hebben leraren en politici met elkaar gemeen? Ze zijn maatschappelijk betrokken, ze zijn een (stevig) tikje eigenwijs en ze zijn er niet vies van om (veel) aan het woord te zijn.
Onderwijs en ‘sociale media’ is hot. Onderwijs en het gebruik door en met studenten is een flinke issue geworden. Hoe dring je als ‘social media expert’ tot hen door? Lastig, want mensen die zelf veel aan het woord (willen) zijn, hebben soms wat moeite met luisteren naar anderen.
‘Social vervlakking’
Social Media zijn voor sommigen van hen een voorbeeld van vervlakking. Zij vinden Social Media vluchtig, hypegevoelig en oppervlakkig. Daarbij wordt Social Media door hen ook wel als een bedreiging gezien; als een landmijn die hun missie kan verknallen. Dat is doodzonde, want met de juiste benadering van Social Media kan het bereiken van een doel juist sneller gaan dan gepland of verwacht. Iedereen weet het: angst is een slechte raadgever. Bang zijn, remt af.
Social Media-angst
Als voormalig blogger voor een ‘Liberaal-activistische site’ ontdekte ik in mei 2009 hoe mensen van deze Social Media-angst kunnen worden afgeholpen. Door een enkele tweet heeft de VVD ervaren hoe de snelheid en positieve kracht van Twitter tot een zeer gewenst resultaat kan leiden:
In 2009 gaf ik voor het eerst les aan enkele eindexamenklassen Havo. Niet alleen mijn leerlingen waren nerveus voor hun allereerste examen; ook ik vreesde dit examen Nederlands. Als zij het verpestten, heb ik iets heel erg verkeerd gedaan. Daarom was ik blij dat ik op maandag 18 mei 2009 (om 13.30 uur) tijdens dit examen Nederlands kon surveilleren, dan hoefde ik niet thuis te wachten
tot het eindelijk achter de rug was. Gedurende deze examensurveillance bekeek ik het examen (niet al te grondig, uiteraard…, want surveilleren
betekent natuurlijk waakzaam rondkijken en niet ‘lekker lezen’). Bij het vluchtig bestuderen kwam ik bij ‘vraag 21’. Deze vraag bezorgde mij een stevige adrenalineboost. Door de vraagsteller van dit examen werd – via vraag 21 – de VVD gedekwalificeerd als een partij die minachting
voor uitkeringstrekkers heeft. De vraag, en de antwoorden waaruit gekozen kon worden, bevatte de persoonlijke mening van de vraagsteller en de leerling werd richting een bepaalde (linkse) opvatting geduwd. Zulke suggestieve, subjectieve formuleringen en meningen horen niet in de vraagstelling van een examen thuis. Mijn eerste ingeving was: “O jee, mijn leerlingen (witte, hockeyende, Uggs-dragende kinderen) kunnen deze vraag niet goed beantwoorden.” Mijn tweede ingeving was: “Hier kan de VVD wat mee”. Na mijn surveillancedienst heb ik de VVD geïnformeerd over deze vraag. Men zou in actie komen. Ik ben van nature nogal ongeduldig en rond acht uur ‘s avonds vond ik dat ik lang genoeg gewacht had: er was nog steeds geen enkele ophef in de media over deze vraag.
Het duurde mij te lang en dus werd het tijd om Twitter in te zetten. Via een of twee tweets naar @Mutsaerts (voor de enkeling die hem niet kent: hij is een blogger bij GeenStijl) ging het balletje rollen; gelukkig wist hij mijn tweet op juiste (nieuws)waarde te schatten en ging er mee aan de slag. Ondertussen wist het voormalig VVD-kamerlid Dezentjé Hamming – achter de schermen – op doelmatige wijze de ‘oude media’ te bereiken.
Dus?
De volgende ochtend kwam dit alles samen. Voordat om 9.00 uur de NOS met het bericht kwam dat de VVD de staatssecretaris om opheldering vroeg, stond bij GeenStijl het artikel met de kop: “VVD: Examen havo Nederlands veel te links” online en berichtte De Telegraaf er over in de krant. Kort daarop (rond 11.00 uur ‘s ochtends) kwam het nieuws dat de staatssecretaris de vraag terugtrok uit het examen.
Overtuigd?
Hoeveel meer bewijs heeft een mens nodig om overtuigd te raken dat Social Media behalve vluchtig (wat vandaag nieuws is, kan morgen weer vergeten zijn) ook effectief kunnen zijn. Laat u niet afremmen door angst voor de Social Media, maar maak gebruik van de mogelijkheden.